PC 129: loon- en arbeidsvoorwaarden

Op deze pagina:

    Sectorale brochure

    Via deze link hebben jullie toegang tot de sectorale brochure van het PC 129.

    Arbeidsduur

    De gemiddelde arbeidsduur per week is 37 uur. De uurroosters van de onderneming vind je in het arbeidsreglement (dit hoor je te krijgen bij je indiensttreding en bij elke wijziging ervan). Heb je gewerkt op zondag, dan heb je in de loop van de 4 weken die volgen op die zondag, recht op een inhaalrust waarvan de duur gelijk is aan die van de verrichte arbeid op zondag. Er kunnen op niveau van de onderneming afwijkingen zijn mits overleg en aanpassing van het arbeidsreglement.
     

    Lonen en functieclassificatie

    Dit paritair comité kent geen sectorbarema’s, noch een functieclassificatie. Ook een sectoraal minimumuurloon heeft de sector niet.

    Voor de concrete loonafspraken in je bedrijf raden we je aan onze lokale secretariaten te contacteren.

     

    Premiesystemen

    Eindejaarspremie: De sectorwerknemers hebben recht op een eindejaarspremie ten belope van 8,33% van het bruto loon verdiend tijdens het jaar.
     

    Werkloosheid

    Je werkgever staat in voor de betaling van de hierna opgesomde aanvullende (werkloosheids) uitkeringen:

    (Als er in je bedrijf  gunstigere regelingen bestaan, dan blijven die van toepassing. Zij kunnen echter niet worden gecombineerd met onderstaande bepalingen.

    Tijdelijke werkloosheid

    Voorwaarden

    • geen werkloosheid ten gevolge van werkstaking.
    • geen werkloosheid ten gevolge van overmacht.
    • minimum 3 maanden ondernemingsanciënniteit.

     

    Reiskosten

    Vervoer per openbaar vervoer of eigen voertuig:

    De werkgever is verplicht om 90% te betalen van de heen-en-terug ticketprijs die de werknemer normaal zou moeten betalen als hij met het openbaar vervoer zou komen.

    Fietsvervoer

    Een vergoeding van € 0,15 per km wordt betaald aan alle werknemers die de fiets als vervoermiddelaanwenden.
     

    Verlofregeling

    Iedere werknemer in de particuliere sector, heeft recht op 20 dagen vakantie. Voor deze niet-gewerkte dagen, krijgt de werknemer zijn loon en een dubbel vakantiegeld (zie onze brochure Jaarlijkse vakantie).

    Hij heeft ook het recht op zogeheten dagen “klein verlet” ter gelegenheid van bepaalde familie gebeurtenissen of om bepaalde maatschappelijke verplichtingen en burgerlijke opdrachten te vervullen.
     

    Redenen van de afwezigheid

    Duur van de afwezigheid

    1° Huwelijk van de werknemer.

    Drie dagen door de werknemer te kiezen tijdens de week waarin de gebeurtenis plaatsgrijpt of tijdens de daaropvolgende week.

    2° Huwelijk van een kind van de werknemer of van zijn/haar echtgeno(o)t(e), van een broer, zuster, schoonbroer, schoonzuster, van de vader, moeder, schoonvader, stiefvader, schoonmoeder, stiefmoeder, van een kleinkind van de werknemer

    De dag van het huwelijk

    3° Priesterwijding of intrede in het klooster van een kind van de werknemer of van zijn/haar echtgeno(o)t(e), van een broer, zuster, schoonbroer of schoonzuster van de arbeid(st)er.

    De dag van de plechtigheid.

    4° Geboorte van een kind van de werknemer, zo de afstamming van dit kind langs vaderszijde vaststaat.

    Tien dagen (3) door de werknemer te kiezen tijdens de vier maanden te rekenen vanaf de dag van de bevalling. Slechts de eerste drie dagen maken klein verlet uit in de zin van de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten, waarvoor het normale loon ten laste is van de werkgever. De volgende zeven dagen geniet de werknemer een uitkering betaald door het RIZIV.
    (3) Gespreid of in één keer op te nemen

    5° Overlijden van de echtgeno(o)t(e), van een kind van de werknemer of van de inwonende ouder ( 1e graad)

    Vijf dagen. Voor zowel dagwerknemers als werknemers in ploegen dienen deze dagen opgenomen te worden binnen een termijn van 15 kalenderdagen volgend op de dag van het overlijden.

    6° Overlijden van een kind van de echtgeno(o)t(e), van de niet inwonende vader, de niet inwonende moeder, schoonvader, stiefvader, schoonmoeder of stiefmoeder van de werknemer.

    Drie dagen door de werknemer te kiezen tijdens de periode welke begint met de dag van het overlijden en eindigt met de dag van de begrafenis.

    7° Overlijden van een broer, zuster, schoonbroer, schoonzuster, van de grootvader, de grootmoeder, de overgrootvader, de overgrootmoeder, van een kleinkind, een achterkleinkind schoonzoon, of schoondochter die bij de werknemer inwoont.

    Twee dagen door de werknemer te kiezen in de periode welke begint met de dag van het overlijden en eindigt met de dag van de begrafenis.

    8° Overlijden van een broer, zuster, schoonbroer, schoonzuster, van de grootvader, de grootmoeder, de overgrootvader, de overgrootmoeder, van een kleinkind, een achterkleinkind, een schoonzoon of schoondochter die niet bij de werknemer inwoont.

    De dag van de begrafenis.

    9° Plechtige communie van een kind van de werknemer of van zijn/haar echtgeno(o)t(e).

    De dag van de plechtigheid of de eerste gewerkte dag die voorafgaat of volgt op de plechtigheid wanneer deze met een zondag, een wettelijke feestdag of een normale rustdag samenvalt

    10° Deelneming van een kind van de werknemer of van zijn/haar echtgeno(o)t(e) aan het feest van de vrijzinnige jeugd

    De dag van het feest of de eerste gewerkte dag die voorafgaat of volgt op het feest wanneer dit met een zondag, een wettelijke feestdag of een normale rustdag samenvalt

    11° Verblijf van de dienstplichtige arbeider in een rekruterings- en selectiecentrum of in een militair hospitaal ten gevolge van zijn verblijf in een rekruterings- en selectiecentrum.

    De nodige tijd met een maximum van drie dagen.

    12° Verblijf van de arbeider "dienstweigeraar" in een administratieve gezondheidsdienst of in één van de hospitalen aangeduid door de Koning, overeenkomstig de wetgeving betreffende het statuut van "dienstweigeraar".

    De nodige tijd met een maximum van drie dagen.

    13° Bijwonen van een bijeenkomst van een familieraad, bijeengeroepen door de vrederechter.

    De nodige tijd met een maximum van één dag.

    14° Deelneming aan een jury, oproeping als getuige voor de rechtbank of persoonlijke verschijning op aanmaning van de arbeidsrechtbank.

    De nodige tijd met een maximum van vijf dagen.

    15° Uitoefening van het ambt van bijzitter in een hoofdstembureau of enig stembureau bij de parlements-, provincieraads- en gemeenteraadsverkiezingen.

    De nodige tijd.

    16° Uitoefening van het ambt van bijzitter in een hoofdbureau voor stemopname bij de parlements-, provincieraads- en gemeenteraadsverkiezingen.

    De nodige tijd met een maximum van vijf dagen.

    17° Uitoefening van het ambt van bijzitter in een hoofdbureau bij de verkiezing van het Europees Parlement

    De nodige tijd met een maximum van vijf dagen.

    18° Het onthaal van een kind in het gezin van de werknemer in het kader van een adoptie.

    Drie dagen ten laste van de werkgever in het kader van de wetgeving inzake adoptie.


    Tijdskrediet

    Op sectorvlak wordt de mogelijkheid voorzien om bij een landingsbaan op 50 jaar gebruik te maken van 1/5de loopbaanvermindering mits de werknemer een beroepsloopbaan van 28 jaar kan bewijzen.

    De ondernemingen bepalen op bedrijfsvlak de regels en modaliteiten voor de organisatie van dit recht.

    Tijdskrediet bij ploegenarbeid

    Loopbaanvermindering met 1/5

    Om de goede werkorganisatie te kunnen verzekeren wordt op sectoraal vlak aan de bedrijven, die de loopbaanvermindering met 1/5 wensen te organiseren voor werknemers die in ploegen zijn tewerkgesteld, de mogelijkheid geboden om de modaliteiten op bedrijfsniveau te bepalen ten belope van één dag per week of een gelijkwaardige regeling

    Vermindering van de prestaties voor werknemers van 50 jaar

    Om de goede werkorganisatie te kunnen verzekeren wordt op sectoraal vlak aan de bedrijven, die de vermindering van prestaties voor werknemers van 50 jaar of ouder wensen te organiseren die in ploegen zijn tewerkgesteld, de mogelijkheid geboden om de modaliteiten op bedrijfsniveau te bepalen ten belope van één dag per week of een gelijkwaardige regeling.
     

    Werkloosheid met bedrijfstoeslag – SWT (het vroegere brugpensioen)

    Het systeem van werkloosheid met bedrijfstoeslag (brugpensioen) is de laatste jaren grondig gewijzigd.

    Voor meer algemene informatie in verband met SWT kan u elders op onze website terecht.

    Wij kunnen op deze website niet altijd een “kant en klaar” antwoord bieden op alle individuele vragen. Veel hangt af van uw persoonlijke situatie. Voor specifieke vragen kan u steeds terecht bij één van onze ACLVB-kantoren of bij onze medewerkers.

    Hieronder geven wij een schematisch overzicht van de specifieke stelsels die actueel van toepassing zijn voor uw sector:
     

    Regime SWT PC 129

    Leeftijd

    Loopbaan

    Geldigheidsduur

     

    Man

    Vrouw

    Begin

    Einde

    Algemeen stelsel

    62

    40

    37 (2021)

    1/01/2015

    /

    38 (2022)

    39 (2023)

    40 (2024)

    SWT Zware beroepen

    60

    35

    01/07/21

    30/06/2023

    SWT Nachtarbeid, bouw en zware beroepen

    60

    33

    01/07/21

    30/06/23

    SWT Lange loopbaan

    60

    40

    01/07/21

    30/06/23

    Medisch SWT

    58

    35

    01/01/21

    30/06/23

     

    Syndicale rechten

    Vakbondsafvaardiging

    Geen enkele sectorale overeenkomst regelt de procedure die ingevoerd dient te worden om een vakbondsafvaardiging te installeren. Hier gelden dus de algemene wettelijke regels. Om hierover meer te weten raden wij u aan contact op te nemen met een van onze secretariaten.

    Vakbondspremie

    Een vakbondspremie wordt betaald aan alle werknemers in de sector. Deze premie bedraagt € 11,25 / maand of € 135 indien de werknemer fulltime heeft gewerkt gedurende de hele referentieperiode (01/01 tot 31/12). De premie wordt betaald in april.

    Kies een ACLVB-secretariaat bij u in de buurt voor de beste service ::
    Of zoek uw secretariaat via de kaart