De Indexcommissie keurde een advies goed over de jaarlijkse actualisering van de nationale consumptieprijsindex. Onder meer door de traditionele uitbreiding van de productenkorf is de representativiteit van de index opnieuw versterkt. Niet onbelangrijk voor een juiste aanpassing van de lonen en uitkeringen aan de levensduurte.
In België kennen we een systeem van automatische loonindexering - bepaalde uitzonderingen niet te na gesproken - waarbij de lonen, uitkeringen en pensioenen worden aangepast aan de evolutie van de index. Dit kan gaan om een aanpassing zodra de spilindex overschreden is, maar ook om periodieke indexeringen of indexeringen door middel van een vast percentage.
Het indexcijfer wordt berekend door de Algemene Directie van de Statistiek (FOD Economie); die legt dit cijfer maandelijks voor aan de paritair samengestelde Indexcommissie, waarvan ook de ACLVB lid is. Daarnaast wordt de consumptieprijsindex (sinds 2014) ook jaarlijks geactualiseerd, aan de hand van methodologische wijzigingen en het aanpassen van de productenkorf. De Indexcommissie is bevoegd om in dat kader hervormingen voor te leggen en te onderzoeken. Tegen het einde van het jaar geven de leden dan steeds een advies aan de minister van Economie.
Eind 2016 heeft de Indexcommissie een unaniem advies goedgekeurd over de jaarlijkse actualisering, die in dit geval dus betrekking heeft op de actualisering van de nationale consumptieprijsindex (CPI) 2017. De actualisering moet ervoor zorgen dat de representativiteit van de index verder versterkt wordt. Het advies heeft onder meer betrekking op volgende zaken:
- De Indexcommissie vraagt aan de FOD Economie om de manier waarop de uitgaven van oudere personen in rekening worden gebracht in het Huishoudbudgetonderzoek (HBO) te verbeteren. Het HBO is een enquête die tweejaarlijks bij een grote groep van gezinnen heel gedetailleerd de gezinsuitgaven registreert. Op basis hiervan worden gewichten toegekend aan de verschillende producten en diensten (= getuigen) in de indexkorf. Aangezien de groep oudere personen omwille van bepaalde criteria ondervertegenwoordigd is vergeleken met hun totale aandeel in de populatie, zou men hieraan bepaalde hervormingen doorvoeren met oog op het HBO 2018.
- Nadat er in dit kader al veel vooruitgang werd geboekt de afgelopen jaren, wordt de manier waarop de private huurprijzen gemeten worden nog verder op punt gesteld. Zo zal men het huurwoningstaal dat bevraagd wordt verder uitbreiden van 1300 naar 1700, nadat er vorig jaar al een uitbreiding van 1000 naar 1300 plaatsvond.
-
Naar jaarlijkse gewoonte wordt de productenkorf uitgebreid, op voorstel van de leden van de Indexcommissie. Hierbij gaan we onder meer kijken naar nieuwe technologische ontwikkelingen, en bekijken we welke productgroepen nog bijkomende getuigen kunnen gebruiken om de representativiteit van de betrokken productgroepen te versterken.
De volgende getuigen worden toegevoegd aan de indexkorf: treinreis naar het buitenland, smartwatch, synthesizer, muziekles, studieboeken hoger onderwijs, bosklassen, maaltijdbox en ereloon advocaat. Dit jaar worden er geen getuigen geschrapt uit de index. - Tweejaarlijks wordt het gewichtenschema aangepast aan het nieuwe HBO. In het jaar dat dit niet gebeurt, zoals dit jaar, worden de gewichten wel geüpdatet op basis van de prijsevolutie van het afgelopen jaar. Wanneer producten duurder worden, zal hun gewicht toenemen in de totale uitgaven van gezinnen, en omgekeerd. Hierdoor neemt bijvoorbeeld het gewicht van huisbrandolie af met 16,6% en van mobiele telefoontoestellen met 7,8%, terwijl het gewicht van elektriciteit door de forse prijsstijging in 2016 met 25,9% toeneemt, alsook het gewicht van andere getuigen zoals telecommunicatiepacks (+ 6,1%).
- De administratie werkt aan methodologische verbeteringen als antwoord op bepaalde aanbevelingen die Eurostat heeft gedaan voor België. Dit gaat onder meer om het registreren van prijsontwikkelingen via het internet (web scraping) en het bevragen van de mutualiteiten voor wat betreft de niet-geconventioneerde artsen.
Over het algemeen kan geconcludeerd worden dat bovenstaande elementen opnieuw de representativiteit van onze index zullen versterken. De inflatiemeting in België behoort kwalitatief tot de beste in de wereld, wat ervoor zorgt dat onze lonen en uitkeringen op de juiste manier worden aangepast aan de veranderende levensduurte. De ACLVB zal er ook in de toekomst verder op blijven toezien dat de kwaliteit en de representativiteit van de index gegarandeerd blijft.