Sector onderhandelingen PC 321 dd. 08/10/2019
Dinsdag 8 oktober kwamen de bonden en de werkgevers opnieuw samen om de loon- en arbeidsvoorwaarden in het PC 321 te bediscussiëren. Na een moeizame dag van onderhandelen kwam de patronale bank met onderstaand voorstel, wat zij graag als protocolakkoord benoemden. Het is ons inziens nog evenwel veel te vroeg om al over een protocolakkoord te spreken, bijgevolg zien wij dit liever als een voorstel:
1. Koopkracht:
Verhoging van de lonen met € 22 bruto vanaf 01/01/2020. Voor 2019 een enige premie van € 200 bruto, gestort met het loon van november. De vorige onderhandelingen waren we gestrand op een verhoging van € 16 bruto. Niettegenstaande de patronale bank geen bijkomend mandaat meer kan verkrijgen voor een verhoging tot € 26 bruto, blijven we van mening dat de afstand tussen € 22 bruto en € 26 bruto geen kwestie van geld is. O.i. is het eerder een signaal vanuit de werkgeversvertegenwoordigers naar hun respectievelijke raden van bestuur toe dat zij besparen op het personeel.
2. Gelijkstelling van het zwangerschapsverlof voor het berekenen van de eindejaarspremie.
3. Voor de chauffeurs hadden wij gevraagd om een tegemoetkoming te voorzien van maandelijks € 15 voor het gebruik van hun eigen GSM-toestel. Niettegenstaande de GSM voor chauffeurs een werkinstrument is, wenst de patronale bank enkel een "sterke aanbeveling" op te nemen om dit te regelen op bedrijfsvlak.
4. Een rimpeldag voor medewerkers die 57 jaar zijn in 2020, voor 2021 wordt dit verlaagd naar 56 jaar op voorwaarde dat er voldoende budget voor handen is. Met de garantie dat indien er onvoldoende budget is voor de verlaging, de rimpeldag blijft behouden vanaf 57 jaar. Het benodigde budget zal in november 2020 in het Sociaal Fonds uitgebreid geanalyseerd worden.
5. Betreffende de uitzendarbeid, en meer bepaald het gebruik van dagcontracten wensen we de uitdrukkelijke toepassing van CAO 108. Alsook een periodieke evaluatie in het paritair comité van het gebruik van dagcontracten binnen de sector.
6. Verlening van de CAO 2011, voor onbepaalde duur, betreffende het ontslag om economische of technische redenen. In geval van ontslag om economische
of technische redenen binnen een periode van 60 dagen van 3 % der werknemers met een minimum van 3 (in een juridische entiteit en/of een bedrijfstechnische entiteit), wordt een overlegprocedure gevolgd. Waar wettelijk gezien dit pas vereist is vanaf 10% van de werknemers.
7. Vermelding van de sectorale functieclassificatie op de loonbrief.
8. Voorzien van 3 dagen collectieve opleiding.
9. Verhoging van de syndicale premie tot € 145.
10. Fietsvergoeding optrekken tot het wettelijke maximum van € 0.24/km
11. Verleniging van SWT en tijdskrediet binnen het wettelijk kader.
Jammer genoeg werden een aantal zaken door de werkgeversbank naast zich neergelegd. Meer en meer stellen we vast dat werkgevers een hoge flexibiliteit van medewerkers verwachten, maar dat hier niets tegenover staat.
De gevraagde ongemakkenpremie voor een tewerkstelling na 18u en voor onderbroken uurroosters ligt blijkbaar zeer moeilijk. Eenzelfde verhaal voor een premie voor tewerkstelling op Kerstavond en Oudjeaarsavond.