Hierbij nog een aantal verduidelijkingen rond de sectorale maatregelen die in het pamflet werden opgenomen :
Tijdelijke werkloosheid wegens overmacht :
De maatregelen voor de opleg 2,60 euro of 2,17 euro tijdelijke werkloosheid overmacht gelden van 13/03 tem 14/05/202 .
Op die manier vrijwaren we het krediet voor de aanvullende vergoeding bij economische werkloosheid waarvoor de referteperiode loopt van 1/07/2019 tot 30/06/2020. Arbeiders die reeds een krediet voor economische werkloosheid hebben opgenomen voor 13/03/2020 kunnen dit vrijwaren om hun eventueel verder krediet op te nemen nadat “de Coronaviruscrisis ” wordt opgeheven en nog niet direct aan het werk kunnen.
Die 2,60 euro of 2,17 euro kunnen de werkgevers terugvorderen van de Fondsen.
Verhoging van het patronaal aandeel van de maaltijdcheque met 2 euro :
• deze verhoging wordt ten laste genomen door het Waarborg- en Sociaal Fonds (arbeiders) en het Fonds voor Bestaanszekerheid voor de bedienden (bedienden); de ondernemingen kunnen deze verhoging ten belope van 2 euro per maaltijdcheque terugvorderen bij voornoemde Fondsen;
• voor de deeltijdse werknemers: verplicht alternatieve telling;
• voor de voltijdse werknemers: de berekening van het aantal cheques gebeurt op dezelfde manier als op ondernemingsvlak voorzien en op vandaag reeds toegepast;
• voor ondernemingen die reeds maaltijdcheques toekennen met een nominale waarde van 8 euro, wordt op sectoraal niveau een alternatieve regeling uitgewerkt: per gepresteerde dag wordt een bruto premie van 2 euro toegekend;
• voor ondernemingen die nog gedeeltelijk ruimte hebben binnen de maaltijdcheque en gedeeltelijk niet: verhoudingsgewijs toepassen van de alternatieve regeling voor het gedeelte dat de beschikbare ruimte voor verhoging van de maaltijdcheque overschrijdt; prioritair wordt de maaltijdcheque aangevuld tot 8 euro;
• voor maart en april zal deze bruto premie mee betaald worden met de loonafrekening van april; voor mei zal dit gebeuren met de loonafrekening van mei;
deze bruto premie wordt ten laste genomen door het Waarborg- en Sociaal Fonds (arbeiders) en het Fonds voor Bestaanszekerheid voor de bedienden (bedienden); de ondernemingen kunnen deze bruto premie verhoogd met de patronale lasten (50% op de lonen 108% voor arbeiders en 28% voor bedienden) terugvorderen bij voornoemde Fondsen;
• de bedrijven die reeds een minstens gelijkwaardige regeling op ondernemingsvlak voorzien hebben, kunnen deze sectorale verhoging (hetzij via maaltijdcheque hetzij via de bruto premie) daar op aanrekenen en eveneens terugvorderen bij voornoemde Fondsen.