Europa kampt met een pertinent tekort aan chauffeurs van zwaar goederenvervoer en er lijkt geen oplossing in zicht
In 2021 kampte de transportsector voor het zwaar goederenvervoer met een tekort van 425 000 chauffeurs. De lage lonen, het gebrek aan aantrekkingskracht en de scheiding van families zorgen ervoor dat de jongere generatie wegblijft van de job. Als oplossing probeert de sector betere arbeidsvoorwaarden te promoten.
Het voornaamste probleem aan het tekort van chauffeurs in Europa is de leeftijd van de chauffeurs. De gemiddelde leeftijd van de chauffeurs bedraagt 47 jaar. Jongere mensen blijven echter weg van de job en de sector heeft dus bijgevolg geen nieuwe arbeidsreserves om de tekorten aan te vullen.
Slechts 7% van de vrachtwagenchauffeurs in Europa zijn onder de 25 jaar oud. Dit heeft vooral te maken met het feit dat rijlessen en de opleiding tot vrachtwagenchauffeur pas mogelijk is vanaf 18 jaar en in sommige landen zelfs 21 jaar.
Een ander probleem is de ondervertegenwoordiging van vrouwen binnen de sector. Minder dan 3% van de vrachtwagenchauffeurs in Europa zijn vrouwen. In Italië en Noorwegen zijn vrouwen beter vertegenwoordigd (respectievelijk 6% en 5%).
Eén manier om de nieuwe generatie truckchauffeurs aan te trekken is door in te spelen op de hoogtechnologische aard van de nieuwe zware goederen voertuigen. Dat zou perspectief moeten bieden in de job, die vaak wordt beschouwd als een dood spoor.
Slechte arbeidsvoorwaarden en lage lonen
Naast de moeilijke aard van de job worden nieuwe werknemers afgeschrikt door de lage lonen en het feit dat je soms maanden van thuis weg bent en in je truck moet leven. Men kan wel een slordige 3000 euro verdienen, maar enkel door 220 uren per maand te werken.
Na het voorval met een Oekraïense chauffeur in December 2021 werd de aandacht op de erbarmelijke arbeidsomstandigheden verstevigd. In navolging werd een Mobility Package door het Europese Parlement opgesteld om de Europese regulaties te versterken en te verbeteren.
De chauffeurs zijn verplicht om 45 uur buiten hun voertuig te spenderen, in een accommodatie die vergoed wordt door de werkgever. Het Mobility Package van het Europese Parlement voorziet een betere vergoeding van de chauffeurs. De regels worden nu bepaald door het land waarin ze zich bevinden en niet langer door het land waar ze zijn gedomicilieerd.
Versterking van de Europese wetgeving
Isabelle Maître van de Nationale Federatie van het Wegvervoer eist meer Europese inspraak in de regulatie van de sector omwille van het feit dat het een grensoverschrijdende activiteit is. Het Mobility Package leidde echter tot spanningen tussen de West-Europese en de Oost-Europese landen, die niet akkoord gingen met de nieuwe cabotage regels. Het Westen gaf de voorkeur aan de harmonisatie van de wetgeving en protectionisme, terwijl de Centrale en Oost-Europese landen voorstander waren voor regels voor sociale en fiscale dumping. Dit zijn ook de landen die vrezen voor een verlies van het marktaandeel en het competitievoordeel.
Hoewel de chauffeurs opgelucht lijken met de nieuwe Europese wetgeving, zien weinigen een verbetering van de omstandigheden in de toekomst. Voornamelijk het gebrek aan de juiste technologie om aan de eisen en voorwaarden tegemoet te komen van een economie die alles meteen geleverd wil zien.
Bijgevolg heeft de EU een actieplan opgesteld om het beroep van vrachtwagenchauffeur aantrekkelijker te maken. In de eerste plaats wil de EU het beroep wettelijk erkennen als essentiële werkers in de economie. Ten tweede wil de EU er voor zorgen dat de perceptie onder de werknemers, de bedrijven en in de media over het beroep verandert. Ten slotte wil de EU met haar actieplan het beroep van vrachtwagenchauffeur toegankelijker maken door professionele opleidingen aan te bieden, de wetgeving aan te passen en andere bevolkingsgroepen zoals vrouwen en migranten aan te trekken. Op die manier wil de EU tegen 2030 er voor zorgen dat 10% van de vrachtwagenchauffeurs jonger dan 25 zijn en 10% er van vrouwen.
Een van de voornaamste focuspunten in het Europese actieplan is de wetgeving rond de opleidingen en het rijbewijs te veranderen. Dit moet er voor zorgen dat de C en D rijbewijzen overal erkend worden en dat 18-jarige meteen kan beginnen rijden met een vrachtwagen.
Andere potentiële elementen in het nieuwe wetgevende kader focussen op competentietesten, opleidingen en een proefperiode voor nieuwe chauffeurs. Op die manier moet de veiligheid en de kwaliteit gegarandeerd worden.
Ten slotte voorziet de EU nog een financiële investering in veilige parkeerplaatsen voor vrachtwagens van 1,6 miljard euro voor een totaal van 62 000 plaatsen.