Op 6 juli 2011 stelde de SERV (Sociaal Economische Raad van Vlaanderen) haar begrotingsadvies voor. De ACLVB zette mee de schouders onder dit advies en onderschrijft dan ook de boodschap die meegegeven wordt aan de Vlaamse Regering.
Vlaanderen kan uitpakken met een begroting in evenwicht. Ook de komende drie jaar wil de Vlaamse Regering dit begrotingsevenwicht behouden. Voor de sociale partners gaat dit echter niet ver genoeg. Een duurzaam en betrouwbaar begrotingsbeleid in de toekomst is absoluut nodig. Daarom pleit de ACLVB samen met de andere sociale partners voor een duurzaam begrotingsbeleid waarbij overschotten geboekt worden. Wij zijn dan ook absolute voorstander van een structureel begrotingsbeleid, gebaseerd op de inkomensdynamiek op (middel)lange termijn en niet op korte termijn zoals nu. Het invoeren van een structurele begrotingsnorm moet de Vlaamse Regering in staat stellen om de komende jaren overschotten te boeken. Enerzijds kunnen deze overschotten dan gebruikt worden om een buffer aan te leggen voor als het economisch minder goed gaat. Anderzijds kunnen ze gebruikt worden om de schulden versneld af te bouwen. Op die manier kan Vlaanderen schuldenvrij zijn tegen 2020. Deze benadering heeft als enige nadeel dat er in 2014 minder ruimte zal zijn voor nieuw beleid. In plaats van 660 miljoen zal Vlaanderen dan maar 337 miljoen kunnen uittrekken. Voor 2012 en 2013 verandert er echter niets. Kort samengevat biedt een structurele begrotingsnorm dan ook meer voordelen dan nadelen. Zo kan gezien de gunstige economische vooruitzichten een buffer aangelegd worden om eventuele negatieve schokken op te vangen. Met de financieel-economische crisis nog vers in het geheugen is dit geen overbodige luxe. Daarnaast zal Vlaanderen door een structurele begrotingsnorm de nodige inspanningen om schuldenvrij te zijn tegen 2020 gelijkmatig kunnen spreiden.