banner-corona-2.jpg

FAQ Corona: preventie, rol CPBW en vaccinatie

18/03/2020 - 10u

Welke hygiënische maatregelen kan men nemen?

  • Het voorzien van propere en hygiënische werkplekken (zoals bureautafels, toetsenborden) door die regelmatig te ontsmetten;
  • Het toepassen van een goede handhygiëne door werknemers door het voorzien van handontsmettingsmiddelen op zichtbare plaatsen;
  • Het voorzien van een goede respiratoire hygiëne op de werkplek door het gebruik van papieren zakdoekjes in geval van hoesten en niezen;
  • Het informeren van werknemers dat ze zich met ziektesymptomen zoals hoest en/of koorts beter niet naar de werkplek begeven;
  • Het voorzien van instructies ingeval iemand ziek wordt met een vermoeden van het hebben van het coronavirus.
     

Mogelijke preventiemaatregelen voor social distancing?

  • Afstand houden: blootstelling vermijden aan andere personen binnen 1,5 meter
  • Aanwezigheid beperken in ruimten of op plaatsen waar groepen mensen aanwezig zijn
  • Isolatie of afgezonderde tewerkstelling is een extreme vorm van afstand houden
  • Gebruik alternatieven, zoals digitale communicatiemiddelen, voor bijeenkomsten zoals vergaderingen en opleidingen
  • Geen begroetingen die contact inhouden
  • Pas de hygiënemaatregelen rigoureus toe
  • Beperk dan de ‘blootstelling’ zoveel mogelijk in de tijd
  • Voorzie het gebruik van beschermingsmiddelen
  • Beperk reizen en verplaatsingen
  • Een heel extreme ‘distancing’ maatregel is ‘beschermende sekwestratie’

De handige checklist voor bedrijven opgesteld door FOD WASO is terug te vinden op de website van ACLVB.
 

Welke rol kan er zijn voor het CPBW?

  • In samenwerking met de preventiedienst de gepaste preventiemaatregelen bespreken en evalueren.
  • Belangrijke rol in het informeren en sensibiliseren van de werknemers met o.a. affiches, nieuwsbrief, mailings, …
  • Nagaan of o.a. de voorziene handontsmettingsmiddelen effectief beschikbaar zijn voor alle werknemers.
  • Samen met de WG en de preventiedienst een plan voorzien in geval van een besmetting binnen de onderneming.

Wat is de versterkte rol van de preventieadviseur-arbeidsarts in de strijd tegen covid-19?

  • Het identificeren van hoogrisicocontacten in de ondernemingen,
  • het verstrekken van quarantaineattesten aan deze hoogrisicocontacten,
  • het doorverwijzen van bepaalde werknemers om een covid-19 test te ondergaan, volgens de door de bevoegde autoriteiten bepaalde teststrategie.
     

Kan een arbeidsarts zelf een covid-19 test afnemen bij werknemers?

Ja. Indien hij dit meer aangewezen acht en op voorwaarde dat de juiste persoonlijke beschermingsmiddelen en testmaterialen worden gebruikt. Hij/zij kan dit ook laten doen door een verpleegkundige, onder zijn verantwoordelijkheid.

Deze tests kunnen uitgevoerd worden bij de volgende werknemers:

  1. werknemers die geïdentificeerd zijn als hoogrisicocontact,
  2. werknemers waarvoor de arbeidsarts een test noodzakelijk acht om een dreigende uitbraak in de onderneming te bestrijden (in het kader van clustermanagement),
  3. werknemers die meestal niet in België wonen en hier slechts een beperkte periode werken, en waarvan ten minste één de symptomen vertoont of positief getest heeft op covid-19 (in het kader van clustermanagement),
  4. werknemers die een zakenreis naar het buitenland moeten maken, waarvoor een negatieve covid-19-test nodig is, 
  5. werknemers in bepaalde specifieke omstandigheden, na de beslissing van de bevoegde overheid en in overleg met de Federale Overheidsdienst Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg.
     

Waarom een generieke gids?

Zodra we de strenge lockdown-maatregelen afbouwen en het onderscheid tussen essentiële en niet-essentiële sectoren verdwijnt, zullen werkgevers, werknemers, sociale partners en preventiediensten en andere actoren een belangrijke rol spelen om de verspreiding van het virus zoveel mogelijk te vermijden. De generieke gids bevat een aantal noodzakelijke, minimale bouwstenen om werknemers zo veilig mogelijk (terug) te kunnen laten werken. Dit generieke instrument kan vervolgens op sector- en bedrijfsniveau worden ingekleurd. Het sociaal overleg op alle niveaus speelt hierbij een cruciale rol.

Deze gids biedt richtlijnen als voorbereiding op een veilige herneming van de activiteiten, maar is geen wettelijk kader. Het blijft de verantwoordelijkheid van de werkgever om de gepaste preventiemaatregelen te nemen. De Codex Welzijn op het Werk blijft hierbij steeds van toepassing en veel maatregelen kan men ook terugvinden in deze welzijnswetgeving.

Belangrijk om te melden is dat de maatregelen van de Nationale Veiligheidsraad (bv. verplichting inzake het gebruik van mondmaskers) deze gids overstijgen en dat de gids kan worden aangevuld op basis van nieuwe wetenschappelijke inzichten.

Meer info

Wat zijn de minimumpreventievoorwaarden voor bedrijven waarvoor geen sectorprotocol geldt?

  • De onderneming of vereniging informeert de klanten en werknemers tijdig over de geldende preventiemaatregelen en verstrekken de werknemers een passende opleiding.
  • Een afstand van 1,5 meter tussen elke persoon wordt gegarandeerd;
  • Maskers en andere persoonlijke beschermingsmiddelen worden steeds sterk aanbevolen en worden gebruikt indien de regels van de social distancing niet kunnen worden nageleefd omwille van de aard van de uitgeoefende activiteit;
  • De activiteit moet zo worden georganiseerd dat samenscholingen worden vermeden;
  • De onderneming of vereniging stelt middelen om de noodzakelijke handhygiëne te voorzien ter beschikking van het personeel en de klanten;
  • De onderneming of vereniging neemt de gepaste hygiënemaatregelen om de werkplaats en het gebruikte materiaal regelmatig te desinfecteren;
  • De onderneming of vereniging zorgt voor een goede verluchting van de werkplaats;
  • Een contactpersoon wordt aangeduid en bekendgemaakt, zodat klanten en personeelsleden een mogelijke besmetting met het coronavirus COVID−19 kunnen melden met het oog op het vergemakkelijken van contacttracing.
     

Wat kan ik doen als de veiligheidsmaatregelen niet gerespecteerd worden op mijn bedrijf?

ACLVB wil het belang van overleg benadrukken. Dit overleg in het CPBW, de syndicale delegatie of tussen werknemers en werkgever (en hiërarchische verantwoordelijken) is cruciaal om op een veilige manier aan de slag te gaan. Het blijft wel de verantwoordelijkheid van de werkgever om het werk veilig te organiseren.

Indien de werkgever niet de gepaste maatregelen treft, kan je contact nemen met de arbeidsarts van je Externe Dienst ter Preventie en Bescherming op het Werk. Deze gegevens moeten beschikbaar zijn voor de werknemers en vind je o.a. in het arbeidsreglement. Ook op de website www.seed-connect.be, een initiatief van Co-Prev, de overkoepelende organisatie van Externe Diensten ter Preventie en Bescherming op het Werk, kunnen werknemers (op voorwaarde dat hun werkgever is aangesloten bij een EDPBW) de contactgegevens van de arbeidsarts en de preventieadviseur psychosociale aspecten terugvinden. Inloggen op de website gebeurt via de elektronische identiteitskaart.

De sociaal inspecteurs van de Algemene Directie Toezicht op het Welzijn op het Werk van de FOD Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg zijn belast met het informeren en begeleiden van werkgevers en werknemers, en overeenkomstig het Sociaal Strafwetboek met het toezien op de naleving van de verplichtingen die gelden in ondernemingen.
 

Kan mijn werkgever me verplichten me te laten vaccineren?

Nee. Wanneer een vaccin niet verplicht wordt gesteld door de overheid, blijft elke persoon, ook de werknemer, vrij om te kiezen of hij zich al dan niet laat vaccineren, dit behoort immers tot het recht op fysieke integriteit. Deze keuzevrijheid is ook wettelijk voorzien in de wet van 22 augustus 2002 betreffende de rechten van de patiënt. De werkgever kan een werknemer dus niet verplichten zich te laten vaccineren, zelfs niet in de zorgsector en kan hem of haar ook geen sancties opleggen.
 

Moet ik mijn werkgever inlichten wanneer ik beslis om me niet te laten vaccineren?

Nee. Aangezien het hier bovendien gaat om medische gegevens van persoonlijke aard, moet de werkgever niet op de hoogte worden gesteld van de weigering van een werknemer om een niet-verplichte inenting te ondergaan. Een werkgever kan zijn werknemers wel vragen of zij gevaccineerd zijn, maar zij zijn niet verplicht om deze vraag te beantwoorden. Wanneer de werknemer deze informatie toch verstrekt, dan mag de werkgever die gegevens niet registreren en er ook geen gevolgen aan koppelen, zoals een aanpassing van het uurrooster of verplicht telewerk.
 

Ik weiger me te laten vaccineren. Is dit een geldige reden voor mijn werkgever om mij te ontslaan of te sanctioneren?

Nee. Het maakt niet uit in welke sector je werkt (ook niet in de zorgsector). Om deze reden kan geen ontslag of sanctie worden uitgesproken.
 

Kan mijn stageplaats mij weigeren wanneer ik niet gevaccineerd ben tegen covid-19?

Nee, stagiairs zijn net als werknemers vrij om te kiezen of ze zich al dan niet laten vaccineren tegen covid-19. Een stageplaats kan een stagiair niet weigeren omwille van het weigeren van een niet-verplichte vaccinatie.
 

Krijg ik betaald verlof om mij te laten vaccineren tijdens de werkuren?

Ja. De sociale partners hebben in de NAR op vrijdag 05 februari 2021 een unaniem positief advies gegeven over het klein verlet voor vaccinatie. Het federaal parlement heeft de wet ondertussen goedgekeurd. Deze wet treedt in werking op 09/04/2021, en buiten werking op 31/12/2021.
 

Wie kan vaccinatieverlof opnemen?

De wet is van toepassing op alle werknemers en werkgevers die met elkaar zijn verbonden door een arbeidsovereenkomst. Onder meer jobstudenten, uitzendkrachten en werknemers die telewerk verrichten vallen daar dus onder. Ook het contractueel personeel van de openbare sector valt onder de regeling van deze wet.

Leerlingen, stagiairs en vrijwilligers vallen niet onder deze wet, aangezien zij niet worden tewerkgesteld op grond van een arbeidsovereenkomst.  Voor deze categorieën komt het aan de bevoegde beleidsniveaus toe om te beslissen of voor hen eventueel een gelijkaardig recht wordt ingevoerd.
 

Wat houdt het recht op vaccinatieverlof tegen het coronavirus juist in?

Werknemers kunnen afwezig blijven van het werk met behoud van loon gedurende de tijd die nodig is om zich te laten vaccineren ter bescherming tegen het coronavirus COVID-19.
 

Gedurende de nodige tijd

De werknemer krijgt ‘ de nodige tijd’ om zich te laten vaccineren: dit betekent zowel de tijd die wordt doorgebracht in het vaccinatiecentrum, als de tijd die nodig is om zich te verplaatsen naar en van het vaccinatiecentrum.

Indien de verschillende inentingen van de werknemer telkens plaatsvinden tijdens de werkuren, wordt het vaccinatieverlof toegekend voor elke vereiste injectie.
 

Met behoud van loon

Het vaccinatieverlof wordt gelijkgesteld met een klein verlet. Het loon voor de uren van afwezigheid wordt berekend volgens de wetgeving op de feestdagen.  Het loonbehoud wordt dus op dezelfde manier vastgesteld als voor de afwezigheid op een feestdag.
 

Welke voorwaarden moet een werknemer respecteren om recht te hebben op vaccinatieverlof?

Werkgever verwittigen

De werknemer moet de werkgever verwittigen van zijn afwezigheid, van zodra het tijdstip of tijdsslot van de vaccinatie voor hem bekend is.
 

Verlof gebruiken waarvoor het dient

De werknemer mag het vaccinatieverlof alleen maar gebruiken voor het doel waarvoor het is toegestaan, nl. zich laten vaccineren tegen het COVID-19 virus. Gebruikt de werknemer zijn recht voor een ander doel, dan kan hem het loon worden ontzegd voor de uren van ongerechtvaardigde afwezigheid.
 

Op verzoek van de werkgever, bewijs voorleggen

Als de werkgever dit vraagt, moet de werknemer het document voorleggen dat de afspraak bevestigt om op een bepaald tijdstip aanwezig te zijn op het vaccinatiecentrum.  Als de afspraakbevestiging deze gegevens niet vermeldt, dient in de plaats daarvan de uitnodiging tot vaccinatie te worden voorgelegd aan de werkgever.
 

Welke verplichtingen moet de werkgever respecteren?

Geen bewijs van vaccinatie / aanwezigheid op vaccinatiecentrum

Het is niet toegestaan aan de werkgever om van de werknemer te verlangen dat hij zijn feitelijke aanwezigheid in een vaccinatiecentrum bewijst, noch dat hij het bewijs levert van de vaccinatie zelf.
 

Geen kopie van bewijs

De werkgever mag geen kopie van de afspraakbevestiging nemen of de informatie die ze bevat manueel overschrijven, met uitzondering van het tijdstip van de afspraak.  Er mag bijgevolg ook niet gevraagd worden om een bewijs via e-mail te bezorgen.
 

Geen vermelding van reden klein verlet in administratie

De werkgever mag de informatie die hij te zien krijgt alleen maar gebruiken met het oog op de organisatie van het werk en het verzorgen van een correcte loonadministratie.  Omwille van de bescherming van de privacy, mag de werkgever niet de reden van het klein verlet vermelden, noch op enige wijze registreren dat de werknemer mogelijks gezondheidsproblemen heeft.
 

Kan de werkgever mij verplichten om een vaccinatie-tijdstip buiten de arbeidsuren te kiezen?

Nee. Wanneer het mogelijk is voor de werknemer om zelf het moment van vaccinatie te kiezen, mag er geen druk op hem worden uitgeoefend om de vaccinatie buiten de werkuren te laten plaatsvinden.
 

Heb ik recht op uitgesteld vaccinatieverlof wanneer ik mij laat vaccineren, buiten de werkuren, tijdens een wettelijke verlofdag of tijdens inhaalrust?

Nee.
 

Ik word ziek na mijn vaccinatie, wat nu?

Het vaccinatieverlof heeft enkel betrekking op de vaccinatie zelf. Indien de werknemer ten gevolge van de vaccinatie ziek zou worden, dan gelden de gewone regels inzake arbeidsongeschiktheid en gewaarborgd loon.
 

Ik kreeg een ongeval onderweg naar of van het vaccinatiecentrum, is dit een arbeidsongeval?

Neen. Tijdens een periode van klein verlet, waaronder ook het vaccinatieverlof valt, is de arbeidsovereenkomst geschorst, en staat de werknemer op dat moment niet onder het gezag van de werkgever. Voorlopig is voor het vaccinatieverlof geen gelijkstelling voorzien. Binnen Fedris wordt naar een middel gezocht om de regelgeving aan te passen, doch dit is niet eenvoudig. Van zodra daarover meer info is, zullen wij dit onmiddellijk hier communiceren.
 

Ik sta op een reservelijst (QVAX) en word opgeroepen om mij te laten vaccineren tijdens de werkuren. Heb ik recht op klein verlet?

Ja. De voorwaarde om recht te hebben op klein verlet, is dat je de werkgever vooraf moet verwittigen, maar de wet legt in dit verband geen minimumtermijn op.  Het recht op klein verlet kan dus ook worden uitgeoefend wanneer de werknemer op een reservelijst staat en hij tijdens de werkuren wordt opgeroepen om zich naar het vaccinatiecentrum te begeven. Het spreekt voor zich dat dit recht op klein verlet wel moet worden uitgeoefend in goede verstandhouding met de werkgever en met eerbiediging van de principes van goede trouw bij de uitvoering van de arbeidsovereenkomst.

Kies een ACLVB-secretariaat bij u in de buurt voor de beste service ::
Of zoek uw secretariaat via de kaart